
'Panoramisch landschap', 1975
Olieverf op doek, 40 x 50 cm
Gesigneerd: r.o. 'gies cosyns 1975'
Gies Cosyns (1920-1997)
'Een onderwijzer, die beroepsschilder wordt, een kunstenaar die burgemeester
speelt en rusteloos organiseert'. Zo staat het in de boeiende monografie 'Gies
Cosyns, een lyricus van het landschap' uit 1981. Hij wordt 'de schilder van de
Vlaamse Ardennen' genoemd en treedt hierbij 'in het voetspoor van grote
schilders van de landschapskunst, zoals de gebroeders Paul, Jan en Herman van
Limburg (15e eeuw), Pieter Brueghel de Oude (16e eeuw), Pieter Paul Rubens
(17e eeuw), Meindert Hobbema (17e/18e eeuw), Albijn van de Abeele (19e eeuw)
en Valerius de Saedeleer (20e eeuw)'.
Gies Cosyns wordt in Kwaremont geboren, waar zijn vader onderwijzer is.
Ook hij wordt bevoegd onderwijzer en leraar lichamelijke opvoeding. Al op zijn
24ste vestigt hij zich echter als professioneel schilder in zijn geboortedorp, waar
hij in 1950 het huis en atelier 'Uilennest’ betrekt. Veertien jaar later wordt hij
burgemeester van die gemeente en dat blijft hij tot 1970. Waarom dat
burgemeesterschap? 'Gelijk alle ongerepte natuur in de industriële samenleving
wordt ook Kwaremont bedreigd door ruimtelijke (wan)ordening, wildbouw en
verloedering.' Zijn missie is om zijn geliefde Vlaamse Ardennen 'gaaf te bewaren
voor volgende generaties'. . Logisch dat zijn doeken pure liefdesverklaringen zijn
aan 'het oude land van altijd'. Hij schildert vrijwel niets anders, behalve af en
toe de onmetelijke zee.
In zijn landschappen komen geen personen voor. 'Ze zijn te klein en zouden
verdwijnen in de mateloosheid van het vergezicht' en 'ze horen er niet echt
in thuis. De dingen die er groeien zijn wel echt, zoals een boom die wast,
krom of recht, hoog of breed, schraal of verstruikt'.
Gies Cosyns schildert bij voorkeur het voorjaar, de herfst of de winter.
'Dan zijn de bomen bladloos en vormen geen coulisse of scherm dat afsluit'.
Zijn onderwerp verveelt hem nooit. 'Er zijn seizoenen en maanden, morgens
en avonden, tijdelijke toevalligheden als regen en mist, sneeuw en nevel,
de lange schemeringen van de herfst en de prille doorzichtigheden van de
lente,' zo legt hij uit. Dat hij dit landschap intens liefheeft, proef je
ook uit dit bekoorlijke schilderij.