
'Koude winterochtend'
Olieverf op paneel, 37 x 54 cm,
Gesigneerd: r.o. 'a.bastien'
Alfred Bastien (1873-1955)
Als je intensief naar dit werk kijkt krijg je – ook al is het hartje zomer – koude
rillingen, zo raak heeft Alfred Bastien een stil stadje op een vrieskoude zondag
ochtend geschilderd. Rillingen krijg je ook van ander werk van hem, al verschilt
de reden. Bastien heeft namelijk talloze realistische oorlogstaferelen vastgelegd,
soms op gigaformaat.
De aan de academies van Gent, Brussel en Parijs opgeleide kunstenaar krijgt in
1911 opdracht om een panorama van de Congo (destijds een Belgische kolonie)
te maken. Het reusachtige doek (13 meter hoog, 115 meter breed) is tentoon
gesteld in het Congolese paviljoen op de Wereldtentoonstelling te Gent in 1913.
Later verdwijnt het spoorloos uit de kelders van het Museum voor Midden-Afrika
in Tervuren.
Als Brussel in 1914 door de Duitse troepen wordt bezet, vlucht Bastien naar
Engeland, waar meer Belgische kunstenaars verblijven. Hier ontstaan de eerste
plannen om een oorlogspanorama te schilderen. In 1915 meldt Alfred Bastien
zich als vrijwilliger bij de Topografische Dienst van het Belgische leger, maar
raakt in datzelfde jaar gewond. In1916 maakt hij deel uit van de Section
artistique de l'Armée en schildert en tekent als 'frontschilder' gruwelijke
oorlogssituaties. Hij exposeert veel en krijgt ook opdrachten van oorlogsmusea.
Nog steeds hangt in het Oorlogsmuseum te Ottawa (Canada) werk van hem.
Op basis van schetsen, tekeningen en foto's maakt hij zijn beroemdste werk, het
grote Panorama van het IJzerfront (14 meter hoog, 115 meter breed), dat in
1926 permanent geëxposeerd wordt in het Panoramagebouw te Oostende.
Dat blijkt een commercieel succes, mede door het Engelse 'oorlogstoerisme'.
In 1937 schildert Bastien zijn laatste grote panorama, dat de Slag aan de Maas
in 1914 voorstelt. Het doek (8.50 meter hoog en 72 meter breed) is opgehangen
in de citadel van Namen, maar raakt tijdens de Duitse bezetting in WO II ernstig
beschadigd.
Alfred Theodore Joseph Bastien is een succesvol kunstenaar, die ook stillevens,
naakten, landschappen en zeegezichten heeft gemaakt. Meerdere van zijn
werken zijn door koningin Elisabeth gekocht. Hij onderhoudt een goede relatie
met het Belgische koningshuis en schildert onder meer – in opdracht - een portret
van koning Albert I. Van 1952 tot zijn overlijden in 1955 is hij directeur van de
Koninklijke Academie te Brussel.